Creativiteit meten, een verkenning

Meten met een meetlint. Copyright foto: Dora MitsoniaVoor mijn onderzoek wil ik de creativiteit van kinderen kunnen meten, en van volwassenen. Niet omdat ik nou zo graag een cijfertje hang aan iemands creativiteit, maar omdat ik moet weten of maatregelen om creativiteit te bevorderen effect hebben. Ik ben wat gaan rondneuzen, en naast waardevolle bronnen vond ik een aantal dilemma’s waar ik niet zo één twee drie een antwoord op had. Maar interessant zijn ze wel!

1. Botst meten met creativiteit?

Als je een cijfer hangt aan creativiteit, dan is dat helemaal niet creatief. Creativiteit is niet gebaat bij een te nauwe focus op het eindresultaat: door er een cijfer voor te geven druk je dus de creativiteit de kop in. Daarnaast is het ene goed gebruik in het creatief denken om meerdere mogelijke uitkomsten een kans te geven, dat doe je niet als je dat hele rijke creatief denken probeert te vangen in één score. Dus een rapportcijfer voor creativiteit is een heel slecht plan.

Maar:

  1. Het kan nodig zijn om creativiteit te meten, bijvoorbeeld op groepsniveau, om te kijken of maatregelen of omstandigheden de creativiteit beïnvloeden. Het is voor onderzoek niet nodig dat degene die “gemeten” is zelf de score weet.
  2. Zelf je vaardigheid in verschillende aspecten van creatief denken inschatten en na een poosje kijken of je je ontwikkelt is heel wat anders dan een ééndimensionaal cijfer opgeplakt krijgen. (Het verschil tussen formatief en normatief testen.)
  3. Sommige testen die er zijn voor creativiteit zijn op zichzelf al stimulerend voor de creativiteit: het zijn leuke oefeningen waar je al je fantasie bij mag gebruiken. Dit geldt niet voor allemaal trouwens.

2. Wélke creativiteit?

Een veel gehanteerde definitie van creativiteit is van Teresa Amabile. Grofweg luidt die: creativiteit is het vermogen tot het bedenken van iets dat nieuw en toepasbaar is, op een manier die niet is voorgeschreven door een procedure. Daar zitten dus al drie aspecten aan:

  • de nieuwheid van de oplossing of uitkomst
  • de toepasbaarheid ervan
  • het creatieve proces

Als je creativiteit wilt meten, wat moet je dan meten? Sommige tests (Torrance bijvoorbeeld) richten zich op de uitkomsten, omdat die het meest tastbaar zijn. Andere tests gaan uit van de vaardigheden die leiden tot die uitkomsten: als iemand bijvoorbeeld goed verbanden kan leggen is dat bevorderlijk voor het bedenken van nieuwe ideeën.

Er zijn zelfs tests die stellen: met alleen een idee ben je er nog niet. Dan hoort bijvoorbeeld volharding om een idee uitgevoerd te krijgen ook bij creativiteit, en moet je die dus ook testen. Persoonlijk vind ik dat je daarmee een wel erg ruime definitie van creativiteit hanteert, hoewel ik het volmondig eens ben met de stelling dat genialiteit 1% inspiratie en 99% transpiratie is.

3. De ene test is de andere niet

Testen verschillen dus. Verschillen die ik tot dusver tegenkwam:

  • wat getest wordt
  • voor wie de test geschikt is, bijvoorbeeld wel of niet geschikt voor kinderen, wel of niet taalafhankelijk
  • hoe getest wordt
  • wie er test: een onderzoeker, een leerkracht, een psycholoog of de geteste persoon zelf
  • hoe complex de test is
  • hoe compleet de test is: test hij maar één ding of meerdere aspecten?

Het is dus niet eenvoudig de juiste test te bepalen, en de ideale test voor elke situatie bestaat niet. De gewenste informatie bepaalt welke test het beste past.

4. Meet je creativiteit of iets anders?

Een kanttekening die ik tegenkwam bij een stukje over het meten van creativiteit zette me aan het denken. De opmerking was dat je jezelf moet afvragen of je met het testen van creativiteit niet voor het grootste deel iets meet dat al vervat zit in een andere eigenschap, bijvoorbeeld intelligentie. Een rake reactie wat mij betreft, en zeker een aandachtspunt.

Ik kan me verschillende problemen voorstellen:

  • Begrijpt elke proefpersoon de test helemaal? Anders meet je in plaats van creativiteit het begrijpen van informatie.
  • Heeft de proefpersoon de vaardigheid om de test te maken: denk aan kunnen tekenen of taalvaardigheid? Stel dat je bijvoorbeeld danspasjes als maat neemt. Iemand die motorisch handig is en gevoel voor muziek heeft heeft dan een voorsprong op wat stijvere mensen zonder muzikaliteit.*
  • Hangt de gekozen invalshoek van creativiteit sterk samen met een andere eigenschap, die op een andere manier te meten of gemeten is? (Stel dat je van mening bent dat creativiteit samenhangt met een warrige haardos, dan zou je in plaats van creativiteit makkelijker haarlengte en krul kunnen meten!)

Creativiteit meten is zo makkelijk nog niet

Alles bij elkaar durf ik wel te concluderen dat het meten van creativiteit vele valkuilen kent. Ik ben dan ook volop op zoek naar mensen die ervaring hebben hiermee, omdat wat de onderzoeksartikelen haalt maar een deel is van wat er in het echt gebeurt. Ik hoop komende weken mensen te vinden die mij willen laten leren van hun fouten en die me kunnen behoeden voor hun valkuilen!

Bronnen en interessante stukken

Voor dit stukje heb ik meerdere bronnen bestudeerd en niet altijd kan ik precies aanwijzen welke bronnen hebben geleid tot welk deel van de tekst. (Ook omdat ik hierbij net iets minder zorgvuldig te werk ben gegaan dan bij een onderzoeksstuk. De bronnen zijn ook grotendeels “populair-wetenschappelijk.”) Waar ik me op één stuk baseer haal ik dit netjes aan in de tekst. Bij deze de bronnen die ik heb bekeken en die aan de basis liggen van het denkwerk in dit stuk.

* Dit is op zich al een interessante discussie. Er zijn ook onderzoekers die stellen dat algemene creativiteit niet bestaat, maar dat je creatief bent op bepaalde gebieden. En als je op één gebied creatief bent, ben je dat nog niet automatisch op het andere. Hoewel als je op meerdere gebieden creatief bent de kans dat je op wéér een volgend terrein creatief bent geloof ik wel weer groot is.