Vandaag is de Internationale dag van de Rechten van het Kind. In het kader daarvan wilde ik iets schrijven over kinderen en creativiteit. +Maar die houd je van me tegoed, vanwege de creativiteit van mijn eigen kinderen in het bedenken van manieren om mij van m’n werk te houden. Er worden records gebroken vandaag, ik ben erg onder de indruk, maar wat onderzoeksliteratuur uitpluizen zit er niet in.* Dus, ik het kader van de lezing over hoogbegaafdheid bij kinderen die ik vanavond bezoek, een paar korte gedachten over intelligentie en creativiteit.
Voor creativiteit draait het grotendeels om het leggen van nieuwe verbanden. Daarvoor zijn twee dingen van belang die ook een relatie hebben met intelligentie: geheugen en verbanden leggen. Zeg maar de opslagcapaciteit van je kast, en het ordeningssysteem. Weet je veel maar kun je dat alleen onder zeer specifieke omstandigheden terugvinden dan heb je er qua creativiteit niet veel aan, kun je prachtige verbanden leggen maar zit er niets in je ladenkast dan ben je snel door je stof heen als artiest.
Ken je de relatie tussen rijkdom en geluk? Ben je ronduit arm, dan is de kans dat je erg gelukkig bent klein. Krijg je dan iets meer te besteden, dan wordt je gelukkiger. Heb je genoeg voor je huis, je eten, kleding en wat extraatjes, dan bereik je, qua geluk, een optimum. Wordt je ronduit rijk, en vervolgens steenrijk en Fortune-, danwel Quote-500 rijk, dan wordt je daar niet per se gelukkiger van. Dan moet je gaan nadenken over vermogensbeheer, beleggingen, beveiliging enzovoorts: dingen waar niemand echt blij van wordt. Maar als je iets leuks wilt ondernemen dan kan dat. Dus de één wordt extra blij van een extra ton/miljoen/miljard, de ander blijft ongeveer even happy en een volgende houdt de schijn op maar huilt op de achterbank van zijn Rolls Royce. Wat dan wel weer fijner schijnt te zijn dan huilen op de achterbank van een tweedehandsje, wie het uit ervaring weet mag zich melden.
Zo werkt het ook met intelligentie en creativiteit. Bij een lage intelligentie is de creativiteit beperkt. Bij een hogere intelligentie is de creativiteit ook hoger. Maar vanaf het omslagpunt, ik weet niet waar het precies ligt (dat is wèl onderzocht overigens), is de relatie niet meer recht evenredig. De bollenbozen, studiebollen en gelauwerde wetenschappers zijn dus niet per definitie creatiever dan de zilversmeden, grafitti-artiesten en game-designers die weliswaar een goed stel hersens hebben maar hun schooltijd vooral hebben besteed aan alle andere dingen waar een jongere zich zoal in interesseert.
En creativiteit is te trainen. Bij kinderen, maar ook bij volwassenen. Dus hoe je IQ ook is, er is hoop!
*Denk nou niet dat ik m’n kinderen verwaarloos en als ze thuis zijn de hele dag probeer te werken hè, ik probeer tussen het voorlezen, fruit schillen, rondhangen in het park en onder de douche zetten door, naast het stofzuigen, afval wegbrengen, bedden verschonen, koken, vaatwasser uitruimen enzovoorts een páár minuten achter een toetsenbord te kruipen. En net als ik denk: hopeloos… mag het eindelijk.+-